De VK-Oost-groep bestaat uit 10 deelnemers. Ze bespraken eerst hun eigen financiële cijfers en KringloopWijzer-resultaten om knelpunten te ontdekken. Thema’s waren onder andere arbeid, kosten en baten van extensivering, voerstrategie en toegang tot grond.
Dit jaar verdiepen ze zich in inspirerende voorbeelden van bedrijven die bewust anders werken en toch goede resultaten boeken. Ook kregen deelnemers de kans om een eigen, bedrijfsspecifieke vraag uit te diepen met een adviseur. De lessen daaruit worden vervolgens teruggebracht in de studiegroep.

Erwin Bosch zag het als een kans om met een adviseur te onderzoeken wat voor hem een goede bedrijfsgrootte is: "Al langer speel ik met de vraag hoe groot mijn bedrijf moet zijn om in te spelen op beleid en ontwikkelingen, en het met arbeid goed rond te krijgen in de toekomst. Ik melk nu 85 koeien en wil weten of dat ook voor de toekomst passend is, rekening houdend met mijn privésituatie."
Andere verdiepingsvragen binnen de groep
De andere 2 deelnemers onderzochten vragen zoals:
-
de voerbalans en het vervangen van graan door snijmais
-
het optimaal benutten van 30 ha extra grond
Ook bekeken ze mogelijkheden om meer gras grazend te oogsten, het weideseizoen te verlengen en het beweidingssysteem te verbeteren.
Puzzelstukjes op hun plek
Adviseur René van den Oord begeleidde de trajecten. Hij zette samen met de melkveehouders verschillende scenario’s en opties op een rij, op basis van eigen en actuele cijfers: "We gaan ook in op vragen als: hoe sta je in het leven als mens en melkveehouder en wat wil je bereiken?"
René legt uit hoe belangrijk het is om eerst het strategisch kader van de boer te bespreken: wat vind je belangrijk qua grondgebondenheid, kapitaal/rendement en arbeid/privé? Dat persoonlijke kader helpt om opties en maatregelen beter af te wegen: "Als je dat helder hebt, vallen vaak al veel puzzelstukjes op hun plek."
De huidige positie in beeld
René analyseerde ook samen met de melkveehouders de huidige situatie van hun bedrijf: "Afhankelijk van de vraag keken we naar financiële cijfers, natuurinclusiviteit of bijvoorbeeld voer. Hiervoor gebruikten we bedrijfseigen cijfers zoals de jaarrekening en de KringloopWijzer."
Inzicht in opties en keuzes
Erwin Bosch vond het waardevol dat René zijn persoonlijke wensen meenam in de analyse: "Ik hoef niet veel te groeien in koeien. Ik wil niet te veel op de mestmarkt actief zijn en zeker niet te afhankelijk worden van de bank. Dat heeft René allemaal meegenomen in zijn uitwerking. Pluspunt vind ik dat René rekende met puur onze cijfers. Dat zegt veel meer dan rekenen met een fictief bedrijf."
De adviseur berekende onder andere hoe het zou uitpakken om biologisch te gaan werken. Bij een overstap naar biologisch zou hij met 70 koeien bijna hetzelfde resultaat halen als nu met 85 koeien. Erwin: "Ik lever nu PlanetProof en kom in Goud met de ecopremie in het GLB. Biologisch betekent minder vrijheid met kunstmest en middelen. Ik gebruik al veel kruidenrijk grasland en ben daar voorzichtig mee. Maar voor nu zie ik deze stap nog niet direct zitten."
Melken van goed eigen ruwvoer
Een andere besproken optie was doorgaan met ongeveer dezelfde grootte maar werken aan een lagere kostenstructuur en meer financiële ruimte. Erwin: "Ik ga, in tegenstelling tot veel andere melkveehouders, meer gras verbouwen nu de derogatie wordt afgebouwd. De koeien grazen veel en ik wil dit aandeel nog vergroten. Koeien moeten van goed eigen ruwvoer melk geven, met zo min mogelijk toevoegingen. Zo simpel zie ik het."
Ook werd het idee besproken om minder koeien te houden en overtollig ruwvoer in te zetten voor krachtvoervervangers. "In goede jaren kun je daarmee krachtvoerkosten drukken en beter scoren op de KringloopWijzer. FrieslandCampina beloont dat ook."
Waardevolle inzichten voor de toekomst
Terugkijkend op het traject ziet Erwin veel waarde in de analyse: "Deze analyse ging echt de diepte in. Voorwaarde is dat je je openstelt en een open houding hebt, maar daar kreeg ik veel waardevolle inzichten voor terug."
De resultaten zijn gedeeld en besproken in de studiegroep. De kennisgroep gaat de komende maanden verder met het uitwerken van verdiepingstrajecten van andere deelnemers. René: "Het waren leuke en interessante trajecten die de rest van de groep ook veel inzichten hebben gegeven. De vragen waren echt bedrijfsspecifiek en zelfs ondernemersspecifiek. Melkveehouders kwamen erachter dat niet iedereen hetzelfde naar een bedrijf kijkt."