De Vala 6

"Met natuurinclusief boeren past ons bedrijf in landschap"

In het coulisselandschap en zelfs tegen een Natura-2000-gebied willen Martijn en Ursula te Brake laten zien dat een melkveebedrijf prima past. In het tijdschrift Boerderij stond een artikel over hen. Lees hier wat ze vertellen over hun bedrijfsvoering.

Ruim 10 jaar geleden kwamen Martijn en Ursula te Brake op het melkveebedrijf waar ze nu boeren. De eigenaars hadden geen opvolger en het echtpaar kreeg de kans het bedrijf door te zetten. Een gelegenheid die ze met beide handen aangrepen.

Het bedrijf kent verschillende uitdagingen. In het coulisselandschap zijn er volop houtwallen en bomen wat veel schaduwwerking geeft op de landbouwpercelen. De bodem kent een keileemlaag. “Dan is de bodem bij nattigheid ook echt nat, en bij droogte ook echt droog, want opstijging van water vanuit de ondergrond kan je wel vergeten”, zegt Martijn, “Daarnaast liggen we ook direct tegen een Natura-2000-gebied aan”, voegt Ursula toe. Toch zijn deze uitdagingen voor het echtpaar geen reden om dan maar af te haken. “Integendeel. We willen laten zien dat we met natuurinclusief boeren een plaats verdienen en aantonen dat een melkveebedrijf hier prima past. En dat past ook bij ons.”

Stal aanpassen

Toen ze op het bedrijf kwamen, is overwogen een nieuwe stal voor 100 koeien te bouwen. Met de invoering van de fosfaatrechten werd dat plan opzij geschoven. De bouw én de aanschaf van fosfaatrechten zou financieel te zwaar drukken. Daarom is de bestaande stal van onder tot boven gerenoveerd zodat het welzijn en comfort van de koeien sterk verbeterde. De vlakke schoftboom werd vervangen door een kartelboom. De vloeren werden opgeruwd en koeborstels en ventilatoren werden geïnstalleerd. De matten op de boxdekken zijn vervangen door waterbedden. Dat loste het probleem van dikke hakken en beschadigingen op. Nu moet alleen binnenkort nog het asbestdak vervangen worden door een nieuw dak met zonnepanelen. “Dat maakt ons dan ook meteen ongeveer energieneutraal,” zegt Martijn.

Kruiden en klaver

Alle grasland is ingezaaid met grasklaver. “Toch valt het hier niet mee om de klaver er in te houden. Vaak is het na een jaar of vijf wel verdwenen.” Inmiddels is 7 ha beheersgrond geworden en 6 ha ingezaaid met kruidenrijk grasland. Zo komen ze tegemoet aan de biodiversiteit die de omgeving van hun vraagt. Met de klaver in de percelen is het kunstmestgebruik ook drastisch gedaald. “We rijden een normale hoeveelheid dierlijke mest uit en laten het land in het voorjaar prikken met een vloeibare meststof. Daarna willen we nog wel eens kunstmest strooien, maar soms gebeurt dat ook helemaal niet meer. Zoals vorig jaar. Toen was het zo snel droog dat er weinig groeide. Dan is kunstmest geven ook onzin.”

Het kruidenrijke grasland bevalt goed. “De koeien vreten het prima en we zagen vorig jaar dat deze percelen onder droogte het langst groen en productief bleven. Ook waren ze het snelst weer op gang toen er eenmaal weer vocht kwam.”

Meer opbrengst

Hoewel het bedrijf vrij extensief is willen de veehouders wel meer opbrengst. “We nemen deel aan meerdere studieclubs, waaronder lokale studieclubs, maar ook regionale als Vruchtbare Kringloop Achterhoek en landelijke als ‘Koe en Eiwit’ en Emissiearme Bedrijfsvoering. Verder zijn ze inspiratiebedrijf voor Platform Natuurinclusieve Landbouw Gelderland (zie kader: Inspiratiedag 7 september). “We willen inspirerend zijn naar anderen, maar anderen inspireren ons ook. Daarom ook die deelname aan al die studieclubs. En daaruit blijkt ook dat onze grasopbrengst achterblijft. Slechts 7 a 8 ton droge stof gemiddeld per ha. Met de adviezen en ervaringen van anderen proberen we nieuwe dingen uit. Daarom beweiden we nu ook elke dag op een nieuw perceel en zijn we elke vier weken gaan maaien en vanaf midden zomer voeren we vers gras bij. Hopelijk brengt ons dat net dat beetje extra.” 

Ook nu lopen de koeien in een perceel kruidenrijk gras. Martijn past het systeem van Nieuw Nederlands Weiden toe, maar wel op zijn eigen manier. “Normaal volstaat voor een koppel koeien zoals de onze 1 ha per keer. Dus is een platform van circa 6 ha genoeg. Wij geven ze echter 18 ha, dus steeds een perceel van 2 ha per dag. We willen dan ook dat de koeien zoveel mogelijk gras vreten. We starten dan ook zo vroeg mogelijk met beweiden op de hoge stukken.” Al het jongvee rouleren ze ook op deze percelen.

Weinig krachtvoer

Dit jaar zijn de koeien 20 maart naar buiten gegaan. Vanaf half mei lopen ze dag en nacht buiten. De bijvoeding mais daalt dan van circa 5 kilo droge stof naar ongeveer 3 kilo. De krachtvoergift is dan nog 3 kilo geplette gerst en het mengvoer daalt naar slechts 1 a 2 kilo. Op het moment dat de koeien nog alleen overdag weidegang kregen was de krachtvoergift nog maar 8 kilo per 100 kilo melk, ofwel zo’n 3 cent per kilo melk en bij volledige weidegang daalt dat nog iets.  

Elk jaar is anders. “Wellicht komt er weer wat maiskolvensilage (mks) in plaats van snijmais. Zo proberen we ons gras zo goed mogelijk te benutten." Dat voeren ze dan in de zomer bij in plaats van gerst. Afgelopen jaar is dat niet gelukt omdat we ten eerste niet te veel ruwvoer hadden. Ten tweede was de mais ook door de droogte niet best. Daarom hebben we het maar laten hakselen. Er zat maar 320 gram zetmeel in bij 45 procent droge stof.” Dat de melkgift iets daalt door het ‘strenge’ krachtvoerbeleid in de zomer vinden ze niet erg. “We gaan gewoon met de seizoenen mee. In de winter voeren we wel gewoon krachtvoer, rond 23 kilo per 100 kilo melk.”

 

Auteur: Wijnand Hogenkamp

Inspiratiedag 7 september

Op het bedrijf van Martijn en Ursula is 7 september een ‘inspiratiedag’. Collega veehouders zijn dan van harte welkom om kennis op te nemen en te delen. Meer informatie volgt nog!