terugAkkerbouwer Aart Versteeg en Arend Versteeg zaaiden vorig najaar 12 verschillende soorten groenbemesters in stroken, met de centrale vraag: Welke groenbemester past bij onze bodem, onze bedrijfsvoering en ons hoofdgewas haver?
Op woensdag 5 juni namen zo'n kleine 50 boeren en andere geïnteresseerden deel aan een veldexcursie om de resultaten in het veld te bekijken. Op een platte wagen trokken de deelnemers gezamenlijk het land in van Arend Versteeg. Hij runt een gemengd bedrijf met melkvee, akkerbouw én een recreatietak. En hij is één van deelnemers aan het project Praktijknetwerk Toekomstgericht Telen.
Tijdens de veldexcursie nam Anna Zwijnenburg van Tafel naar Kavel de deelnemers letterlijk en figuurlijk mee de bodem in: “Je ziet al veel door goed naar het gewas te kijken en een kuil te graven.” De analyse op de proefpercelen laat zien dat met name winterharde vlinderbloemigen zoals klaver incarnaat veelbelovend zijn, zowel bovengronds als ondergronds. Ook het belang van jaarrond bodembedekking kwam duidelijk naar voren.
Theorie én praktijk
Naast de groenbemesters was er ook veel aandacht voor strokenteelt en mechanische onkruidbestrijding. Verschillende werktuigen werden gedemonstreerd, waaronder machines van Harm-Jan Hissink en Aart Versteeg.
De dag werd georganiseerd door het Praktijknetwerk Toekomstgericht Telen, in samenwerking met Platform Natuurinclusieve Landbouw Gelderland - Regio Stedendriehoek en Gebiedscoöperatie Zuidelijke IJsselvallei.
